Pelgrim

Een pelgrimstocht
2005-11-17 12:42:27 (UTC)

Stil dagje

Stil dagje. Twee mensen werken buiten kantoor, een is er
ziek, een werkt er thuis, een heeft een begrafenis. Blijf
ik alleen maar over om het fort te bewaken. Bij de koffie
heb ik mijn bovenbuurman maar uitgenodigd. Hij blijk
baritonsaxofoon te spelen. Niet onder werktijd natuurlijk,
maar het is toch leuk. De enige baritonsaxofonist die ik
ken is Gerry Mulligan, maar ik kon natuurlijk wel een
aangename conversatie op gang houden over de film Fanfare,
aangezien bovenbuurman uit Twente komt en bij een harmonie-
orkest speelt.

Enfin, verder wat zakelijk gemail, wat gebel met een
reclamebureau (ik krijg nog een proefje en dan kunnen de
spullen naar de drukker) en een krant die van mij alles
wil weten over een rechtszaak en een verontrust
telefoontje van een vrijwilliger die op de website heeft
gezien dat ik wegga. Ik kan het iedereen met een zwak ego
aanbevelen: verander van baan en je krijgt ineens van alle
kanten complimenten. Die moet je dan wel met geveinsde
nederigheid in ontvangst nemen, natuurlijk.

Vanavond een avond met kaas en wijn. Ik heb nog een mooie
Fransman thuis staan en een Chileen met een voor mij
onbekend karakter. Die zullen H. en ik vanavond eens tot
ons nemen, terwijl we spreken over de poëzie van H., die
steeds beter wordt. We gaan er een mooie bundel van maken,
die volgend jaar juni in de winkels ligt.

In het najaar komt er misschien weer een dichtbundel uit,
het debuut van N. Ik ken haar nog alleen via de mail en de
telefoon, weet dat ze actrice is en vind dat ze een
aangenaam doorgerookte stem heeft. Ik zal een keer een
afspraak met haar maken, maar ze woont helemaal in
Groningen, het Siberië van Nederland. Er moet nog wel het
een en ander aan haar gedichten gebeuren, maar ik heb er
wel vertrouwen in. De redacteur van de Windroos had ook
contact met haar, maar ze zit liever in mijn reeks. En
gelijk heeft ze: betere bundels in de reeks en ze zien er
ook nog veel mooier uit.

Morgen na werktijd ga ik langs bij de oude mevrouw M. Ik
moet nu echt wat gaan doen aan haar gedichten. De eerste
bundel (met gedichten over dieren) is dit jaar voltooid,
maar ze heeft nog zeker tweehonderd gedichten liggen en er
is een zekere haast bij. Het mensje is 89. Als ik niet
opschiet, is ze dood, hoewel ze nog aardig kwiek is.

En dan zaterdag eindelijk eens die recensie schrijven over
het boek van Herman Leenders. Er liggen alweer twee andere
boeken te wachten (Herman Koch en Dick Schouten). En jij
mag onderhand ook wel weer iets zinnigs gaan doen, in
plaats van het lezen van dit soort onbenullige stukjes.

Pelgrim




Ad: